De gasklep regelt de hoeveelheid lucht in het brandstof-luchtmengsel bij benzinemotoren. Eventuele schade aan dit element kunt u herkennen aan diverse tekenen en kunt u in sommige gevallen zonder veel moeite repareren. Bij benzinemotoren met carburateur bevindt de gasklep zich in de carburateur. Bij motoren met brandstofinspuiting zit de gasklep in een apart huis, het zogenaamde gasklephuis. Gaskleppen zijn eenvoudige mechanische onderdelen met een ronde schijf van plaatstaal die op een roterende as is gemonteerd. Afhankelijk van het motortype neemt een centrale gasklep de mengselbereiding voor alle cilinders over. Elke cilinder heeft zijn eigen gasklep, een zogenaamde individuele gasklep. Bij oudere motoren wordt de gasklep mechanisch bediend met een kabel of een koppeling. Bij moderne motoren wordt de gasklep elektromechanisch gestuurd door de motorbesturingseenheid. Dit is afhankelijk van de stand van het gaspedaal en een aantal andere parameters.
Oorzaken en tekenen van een defect aan de gasklep
Door de beschermde inbouwpositie in het inlaattraject van de motor is plotselinge beschadiging van de gaskleppen, bijvoorbeeld door een mechanische belasting, vrijwel uitgesloten. Schade ontstaat meestal over een langere periode. Oorzaken kunnen zijn afzettingen in de randzone van de vleugelschotel, vuil in het inlaatkanaal en slijtage van de gasklepas of de aslagers. Alle oorzaken hebben tot gevolg dat de gaskleppen het inlaatkanaal niet meer goed kunnen sluiten.
Tekenen van een defect aan de gasklep zijn:
- toerentalschommelingen bij stationair toerental
- een langzame en vertraagde daling van het motortoerental wanneer de gasklep wordt losgelaten
- een verminderd motorvermogen met een hoger brandstofverbruik
- een schokkerige rijstijl en schokkerigheid bij het optrekken
Reiniging en herstelling
Of een reparatie nodig is of dat u kunt volstaan met een reiniging van de gasklep, daarvoor moet u de de klep visueel inspecteren. Het is niet absoluut noodzakelijk de vlinderklep te verwijderen. Bij oudere carburatormodellen kunt u de gasklep zien nadat het luchtfilter en het luchtfilterhuis in de carburateur zijn verwijderd. Bij moderne brandstofinjectiemotoren moet u het gasklephuis met de actuator verwijderen en openen, zodat u de klep kan inspecteren. Als de vlinderklep vuil is of afzettingen vertoont, is het meestal voldoende om de vlinderklep met een speciaal reinigingsmiddel te reinigen om vuil en afzettingen te verwijderen terwijl de klep geïnstalleerd is. Indien de as of de lagers van de gasklep zijn ingelopen of de klep anderszins is beschadigd, moet u de klep inclusief as en lagers vervangen.
Afstellen
Wanneer u de vlinderklep vervangt of schoonmaakt en opnieuw installeert, zal de vlinderklep “aanleren” en zich afstellen op motoren met een motorstuurapparaat. Dit gebeurt volledig automatisch met ingeschakeld contact en een langere testrit. Bij oudere motoren, vergt het afstellen van de gaskleppen veel ervaring en intuïtie. Omdat de hefinrichting de verschillende gaskleppen bedient. Uiteindelijk moeten alle kleppen weer synchroon openen en sluiten en de motor soepel lopen.
In principe kunt u in ieder geval het schoonmaken van vervuilde gaskleppen en het vervangen van defecte kleppen bij oudere motoren zelf uitvoeren. Bij moderne motoren is het raadzaam de vervanging van defecte gaskleppen over te laten aan een gespecialiseerde garage met ervaren monteurs.
