Als u een voertuig bezit met een diagnosesysteem dat ook de gloeibougies controleert, is het gemakkelijk om een defecte gloeibougie op te sporen. Voor alle andere voertuigen kunt u de gloeibougies gemakkelijk zelf testen met het juiste gereedschap en de volgende instructies en ze zo nodig vervangen.
Stap 1 – Meet de totale stroomopname van alle gloeibougies
Als u voor de controle geen diagnosesysteem kan gebruiken, moet u eerst de totale stroomopname van de gloeibougies tijdens het voorgloeien met een stroomtang (stroomtang) meten. Meet aan de hoofdstroomaansluiting. Voor een motor met 6 gloeibougies en een stroomverbruik van 5 ampère per gloeibougie moet het totale stroomverbruik echter 30 ampère bedragen. Indien u een lagere waarde meet, is de kans groot dat er een defect is. De fabrikanten adviseren de complete gloeibougieset te vervangen als één gloeibougie defect is. Als u alleen de eigenlijke defecte gloeibougie wilt vervangen, moet u ze allemaal afzonderlijk meten en eerst verwijderen.
Stap 2 – Demontage
Laat de motor zoveel mogelijk opwarmen voordat u de gloeibougies verwijdert. Ze komen gemakkelijker los wanneer de motor op bedrijfstemperatuur is. Gloeibougies hebben een nauwkeurig bepaald breekkoppel dat u bij het losdraaien niet mag overschrijden. Als u een gloeibougie niet met dit maximale draaimoment kan los draaien, kunt u de schroefdraad met een roet oplosmiddel inspuiten. Na een wachttijd van 5 tot 10 minuten kunt u dan een nieuwe poging tot losschroeven ondernemen. Vergeet niet om niet alleen het schroefdraad en het kanaal van de gloeibougie los te draaien, maar ook de afdichtingszitting in de cilinderkop van resten te ontdoen. Bougies kunt u het grondigst verwijderen uit cilinderkoppen met een schroefdraad van 10 mm met behulp van een speciale trekker voor gloeibougies.
Stap 3 – Testen van de afzonderlijke gloeibougies
De test kunt u het best uitvoeren met een ohmmeter. De weerstand meet u tussen de aansluitmoer en de metalen behuizing van de gloeibougie. Als de meter een oneindige weerstand (∞ Ω) aangeeft, is de gloeibougie defect. Bij een functionerende gloeibougie is de weerstand minder dan 5 ( 5 Ω). Perfect functionerende keramische gloeibougies hebben gewoonlijk een weerstand die lager is dan 1 ( 1 Ω). Bij de vakhandel verkrijgbare gloeibougie-testers zijn praktische hulpmiddelen voor de controle. Daarmee kunt u afzonderlijke gloeibougies testen en gloeibougies na inbouw vergeijken.
Stap 4 – Installatie
De geteste en eventueel vervangen gloeibougies schroeft u eerst met de hand zo ver mogelijk in de cilinderkop en vervolgens draait u ze aan met een momentsleutel. Stel daartoe de momentsleutel in op het voorgeschreven aanhaalmoment. De moer moet echter recht op de gloeibougie zitten en de moersleutel moet precies uitgelijnd zijn. Draai de gloeibougie met een gelijkmatige en niet te snelle beweging vast, totdat het ingestelde koppel is bereikt. Indien zij een schroefverbinding hebben, moet u de verbindingsmoeren aandraaien met het door de fabrikant voorgeschreven aanhaalmoment.