Gouden Dagen

Oliekoeler NISSENS voor VRACHTWAGEN

(329 resultaten gevonden)

Oliekoeling in het motorvoertuig - toepassing en functie

De onderdelen in de verbrandingsmotor van een motorvoertuig worden aan grote hitte blootgesteld en kunnen daardoor zeer hoge temperaturen bereiken. Om oververhitting van de zuigers te voorkomen, wordt bijvoorbeeld motorolie gebruikt voor de koeling. Dit circuleert in de motor en absorbeert de warmte, waarbij gebruik wordt gemaakt van het hogere kookpunt in vergelijking met andere vloeistoffen. Motorolie wordt echter niet uitsluitend gebruikt voor de koeling van de motor, maar ook voor de smering van de verschillende onderdelen. Aangezien de motorolie boven een bepaalde temperatuur ook oververhit kan raken, worden oliekoelsystemen in het oliecircuit geïntegreerd.

Selecteer een auto om bijpassende producten NISSENS van de categorie Oliekoeler te bekijken

Alle producenten

Werkingsprincipe en typische toepassingen

Tot de jaren negentig waren er nog enkele voertuigen met een luchtgekoelde unit. Typische voorbeelden zijn de boxermotoren van de VW Kever of de laatste luchtgekoelde Porsche 911. Toch is waterkoeling in de meeste voertuigen vanzelfsprekend. In de jaren zestig en zeventig werden met name Mercedes-dieselmodellen ook uitgerust met een oliekoeler. Later kwamen er steeds meer automatische transmissies bij, die nu een oliekoeler kregen.

Inmiddels zijn oliekoelers nog belangrijker geworden. De huidige nog steeds heersende downsizing van motoren, d.w.z. meer vermogen van kleinere motoren (dan van het vorige model), is de trend. Het extra vermogen wordt met name bereikt door middel van compressor- of turbolading. Deze componenten (turbocompressoren, compressoren) worden op hun beurt zeer sterk verwarmd en hebben ook koeling nodig. In sommige gevallen wordt hiervoor water en lucht gebruikt, maar voornamelijk motorolie uit het motoroliecircuit.

Bij dit koelprincipe hoort natuurlijk ook een oliekoeler. Er zijn hier ook verschillende versies. De eenvoudigste technologie in de autotechniek zijn oliefilterbehuizingen, die ook zijn uitgerust met koelribben en oliekoelers. Maar er zijn ook koelsystemen die een koeler gebruiken, zoals de waterkoeler. Deze wordt dan meestal als smalle koeler naast of onder de waterkoeler geïnstalleerd. Voor of achter de waterkoeler kan natuurlijk ook, maar de airco-koeler is hier meestal al geïnstalleerd. Beide systemen, d.w.z. geïntegreerd op het filter of in het filterhuis en als frontkoeler, zijn ook beschikbaar voor montage achteraf.

Wanneer heeft een oliekoeler zin?

Het zijn voornamelijk turbo- of compressormotoren die moeten worden uitgerust met een oliekoeler. Als de motor niet is opgeladen, kan het voldoende zijn om gewoon een motorolie, dvan hogere kwaliteit te gebruiken die minder gevoelig is voor hitte. Om te bepalen of er een oliekoeler nodig is, moet de olietemperatuur onder verschillende bedrijfsomstandigheden worden gemeten. De temperatuurweergave op het dashboard is niet voldoende, omdat deze erg onnauwkeurig is. Er zijn echter ook een aantal seriemodellen van verschillende fabrikanten waarvan de motoren het zonder seriële oliekoeling moeten stellen, maar die opvallen door te hoge olietemperaturen. Vooral voertuigen van de eerste downsizing-generaties en natuurlijk die met laders worden getroffen. Anders zou oliekoeling een probleem moeten zijn, vooral in de autosport.

Waar moet ik op letten bij het kopen van een nieuwe oliekoeler?

Er moet namelijk nog een onderscheid gemaakt worden tussen voertuigen die standaard zijn uitgerust met een oliekoeler (en optioneel ook door de fabrikant) en voertuigen die achteraf worden ingebouwd. In ieder geval, of het nu gaat om een ​​achteraf te monteren onderdeel of als reserveonderdeel, het is belangrijk om alleen hoogwaardige goederen van bekende fabrikanten te gebruiken. Het belangrijkste verschil zit hem in het onzichtbare detail.

Bijvoorbeeld de wanddikte en / of de legering van de koelribben. Bovendien moet er ruimte zijn voor achteraf te monteren items om de oliekoeler en, indien nodig, de olieleidingen achteraf te integreren. Bovendien neemt de oliebehoefte natuurlijk toe. Afhankelijk van de leidinglengtes en doorsneden en het koelere volume is meer motorolie nodig. Houd er echter rekening mee dat het oliepeil in het oliecarter niet kan stijgen. Omdat dan de krukas de olie kan raken en zich met lucht kan vermengen. Net als in een mixer wordt de olie vervolgens opgeklopt totdat deze schuimig is en veel van zijn smeervermogen verliest.

Oliekoeler met of zonder thermostaat?

Een andere vraag betreft een thermostaat op oliekoelers die achteraf worden gemonteerd. Een thermostaat is in principe niet absoluut noodzakelijk. Maar door het ontbreken van een thermostaat kan het gebeuren dat de motorolie niet eens zijn optimale bedrijfstemperatuur begint te bereiken, zeker in uitzonderlijke situaties zoals op ijskoude dagen. Dit resulteert dan in een moeizamere viscositeit, vooral in de winter, wat weer resulteert in een slechte olietoevoer naar de motor en dus slechts een beperkte smering. Het is daarom aan te raden om oliekoeling te gebruiken met een ingebouwde thermostaat.

Welke slangen voor de oliekoeler installeren / gebruiken?

De gebruikte slangen of leidingen moeten hydraulische slangen en hydraulische leidingen zijn. Deze componenten zijn enerzijds bestand tegen hoge druk, maar kunnen ook met gemak hoge temperaturen aan. De olieleidingen en slangen worden bij voorkeur specifiek voor het voertuig aangeschaft en bij dezelfde fabrikant als de radiateur. Uiteraard kunnen hydraulische slangen en leidingen ook individueel worden gemaakt.